FacebookVolg ons ook op Facebook
Menu

Voorschriften voor de Vasten in 1957

6 maart 1957
Vastentijd Onthoudings- of vleesloze dagen zijn alle vrijdagen van het jaar.
Vastendagen en tevens onthoudings- of vleesloze dagen zijn:
Aswoensdag,
Alle vrijdagen gedurende de vasten en de Quatertemper-vrijdagen door het jaar,
De vigiliedagen∗∗ van Maria ter hemelopneming en van Kerstmis.

De kerkelijke onthoudingswet verplicht alle gelovigen die 7 jaar of ouder zijn tot aan hun dood. Zij moeten zich op alle vrijdagen en op alle vasten- en onthoudingsdagen volledig onthouden van vlees, spek en jus uit vlees.

De kerkelijke vastenwet geldt voor alle gelovigen die de leeftijd van 21 jaar bereikt hebben en nog geen 59 jaar oud zijn. zij mogen op de bovengenoemde dertien vasten- en onthoudingsdagen slechts éénmaal per dag een volle maaltijd nemen. Bij hun overige gebruikelijke maaltijden moeten zij zich beperken en dus minder voedsel gebruiken dan zij gewoon zijn.

Krachtens pauselijke volmacht verlenen de bisschoppen dispensatie in het vasten- en onthoudingsgebod op alle vasten- en onthoudingsdagen, met uitzondering van Aswoensdag en Goede Vrijdag, aan de volgende personen:
Hij die zware en lichamelijke arbeid of ongezonde arbeid of langdurige arbeid heeft te verrichten. Eveneens zijn gezinsleden, personeel, inwonenden en gasten, maar alleen voor de hoofdmaaltijd;
Militairen, gevangenen en alle overigen, aan wie de burgelijke overheid of door de leiding van nutrale of niet-katholieke inrichtingen maaltijden worden verstrekt, doch alleen voor zover zij van de hun verstrekte maaltijden gebruik maken;
Zeevarenden, wanneer zij zich van de scheepskost bedienen;
Allen, die buiten hun woonplaats maaltijden gebruiken, die door een hotel of restaurant zijn verstrekt;
Gezinsleden, personeel, inwonenden en gasten van de familie, waarvan de vader of enig hoofd niet katholiek is, doch alleen wanneer zij gebruik maken van de zelfde maaltijden als het niet-katholieke hoofd van het gezin.

Wie twijfelt of hij tot een groep van gedispenseerden behoort of wie daarbuiten meent geldige redenen te hebben om van de vasten- of onthoudingswet ontslagen te zijn, overlegge met pastoor of biechtvader.
Zieken en peronen met een zwakke gezondheid mogen zich houden aan de raad van hun dokter.

Bepaalde woensdagen, donderdagen en vrijdagen als dagen van gebed (en boete) met betrekking tot de oogst werden al vroegtijdig verbonden met het begin van elk van de vier jaargetijden. Omwille van deze vier tijden (quattuor tempora) kregen deze dagen de benaming quatertemperdagen. De quatertemperdagen van het voorjaar kwamen zo samen te vallen in de veertigdaagse vastentijd voor Pasen.
   
∗∗ Vigiliedagen zijn waakdagen of vastendagen voor een hoge Rooms Katholieke feestdag.